Soms komt alles samen: duidelijke behoeften, partijen die elkaar aanvullen, enthousiaste kartrekkers en subsidie. Dan kun je iets opzetten dat echt verschil maakt in het leven van jongeren. Maaike Kempers vertelt hoe jeugdtheaterschool Drazans, een brug bouwt tussen Curaçaos theatertalent en een vervolgopleiding in Nederland.
Net toen de Curaçaose theaterschool Drazans een talenttraject aan het opzetten was, in 2019, vroeg de Hogeschool voor de Kunsten in Utrecht (HKU) Maaike Kempers om voor de HKU Theater 'ambassadeur' te worden op het eiland. Maaike heeft zelf aan de HKU gestudeerd en was negen jaar lang artistiek leider bij Drazans. Inmiddels zet ze zich vanuit Frankrijk als bestuurslid op afstand voor Drazans in. 'Vanaf hier kan ik gemakkelijker verbindingen leggen met Nederlandse organisaties, scholen en fondsen.' Haar collega Inet Arts heeft de dagelijkse leiding over Drazans op Curaçao.
Het talenttraject bleek in een behoefte te voorzien. Daarom gaat Drazans het in twee jaar tijd een structurele basis geven en er veel meer jongeren en docenten van laten profiteren, aan beide zijden van de oceaan. Van incidenteel eenrichtingsverkeer, naar structureel meerrichtingsverkeer - dat is het doel. Ze krijgen daarvoor subsidie via onze regeling Brug voor Talent.
De ene kant...
De HKU zoekt meer instroom van studenten met een 'open en superdivers wereldbeeld'. De theaterafdeling wil toegankelijk worden voor alle talenten en jongeren. Niet alleen cultureel divers, maar ook op sociaal-economisch vlak en qua vooropleiding. Daarom werkt de school met ambassadeurs: oud-leerlingen die nu in de theaterwereld werken en verbindingen kunnen leggen.
Maaike: 'Maar tot nu toe moesten we voor elke getalenteerde leerling die naar een vervolgopleiding wilde een individueel traject bedenken.' Inet en Maaike spraken dan hun eigen contacten aan. 'Die route was volledig afhankelijk van ons persoonlijk.' Er blijft veel waardevolle inbreng onbenut als het bij incidentele instroom blijft.
En de andere kant...
Jeugdtheaterschool Drazans op Curaçao verzorgt naast reguliere toneellessen ook lestrajecten op scholen in wijken waar de sociale en economische nood hoog is. Dat kan door bedrijfssponsoring en private fondsen, met name het Prins Bernard Cultuurfonds. Wekelijks krijgen zo 500 kinderen met een heel diverse achtergrond theater- en dansles. En wie dat wil en kan, mag naar de Talentenklas.
Maar omdat er op het eiland geen theatervervolgopleiding is, moeten leerlingen die ermee verder willen naar Nederland of de VS. En de weg daarheen ligt vol obstakels. Als deze jongeren hem al weten te vinden; op plaatselijke schoolkeuzebeurzen staan de opleidingen niet. Maaike: 'Kinderen en hun ouders hebben mede daardoor een onvolledig beeld van het beroepsperspectief. Wij willen ze laten zien dat theater een vak is, met veel meer opties dan acteur worden.'
Behalve het gebrek aan voorlichting en de enorme afstand zijn de financiële drempels hoog. 'Wie ervoor moet invliegen, zou meerdere audities verspreid over een paar dagen moeten kunnen doen. Daar wordt geen rekening mee gehouden,' vertelt Maaike.
'Er zijn zoveel verschillen. Sommige kinderen op Curaçao worden bijvoorbeeld altijd met de auto naar activiteiten gebracht. In andere gezinnen is geen auto, dan komen jongeren vaak lopend. Er rijden ook busjes, maar zonder strakke dienstregeling. Dus niet elke jongere die op Curaçao woont en voor een auditie misschien wel voor het eerst in Nederland is, springt zo even op de fiets of met een ov-kaart de bus in. Als je daardoor te laat komt, is je kans voorbij. En een van onze Curaçaose leerlingen moest bijvoorbeeld op auditie een Twentse boer spelen...'
"Onze leerlingen hebben geen idee wat ze zich bij een auditie moeten voorstellen. Een studente wilde in haar galajurk gaan; op Curaçao kleed je je op je mooist voor iets belangrijks."
Verbinding leggen
Maaike: 'Als je deze leerlingen wilt binnenhalen, moet je je aan de Nederlandse kant ook aanpassen: behalve praktische zaken, moet je ook met een heel open blik gaan kijken. We gaan nu werken met buddy's: leerlingen en studenten die aan elkaar gekoppeld worden, en met coaches van de HKU die helpen verbindingen te leggen. Het is voor alle partijen, ook voor de coaches zelf, heel waardevol om nieuwe verhalen en perspectieven te leren kennen. Theater is in essentie verbinden.'
Pilot als hangbrug
Drazans en de HKU organiseerden in 2020 als pilotproject een Curaçaose variant van De Week Zonder Naam. Dit is een jaarlijks terugkerende week, waarin de eerste- en tweedejaars HKU-studenten van alle theaterdisciplines samenwerken aan een thema. Maaike: 'Die kennismaking met andere talentvolle jongeren en disciplines helpt je in je ontwikkeling als mens: je krijgt een breder perspectief, leert nadenken over maatschappelijke thema's. Leerlingen op Curaçao zijn gewend om te luisteren, niet om zelf een mening te vormen.' Het was een bruikbare eerste verbinding, een soort hangbrug.
Na de geslaagde pilot benoemden de organisatoren heel concrete verbeterpunten. Zo was er behoefte aan meer onderlinge uitwisseling tussen de Utrechtse studenten en de jongeren op Curaçao tijdens hun parallelle proces. En de invloed van andere disciplines bleef beperkt tot die ene week. Ook zouden veel meer leerlingen hier baat bij hebben. Op basis hiervan formuleerden de organisatoren vervolgdoelen waarvoor ze subsidie aanvroegen.
Subsidie voor versteviging
'Een oud-docent van me wees me op het Fonds en daar vertelde een adviseur me over de subsidieregeling Brug voor Talent,' vertelt Maaike. 'Dat we konden overleggen met de programma-adviseur en de programmamedewerker, hielp ons bij het schrijven van de aanvraag en het opstellen van de begroting. We waren verrast hoe laagdrempelig dat gaat - heel prettig. En de commissie geeft een hele toelichting in de beoordeling, dat is erg nuttig.'
De subsidie gebruikt Drazans voor drie doelstellingen, waarmee de brug stevige pijlers krijgt:
- Doorontwikkeling van de Week Zonder Naam Curaçao moet zorgen voor meer deelnemers, ook van andere kunstscholen op het eiland, een duurzamer interdisciplinair resultaat en diepgravender internationale samenwerking.
- Er komt een Side Track voor jongeren binnen de talentklas van Drazans die meer uitdaging zoeken. Voor hen zal de overstap naar een vervolgopleiding in Nederland gemakkelijker worden.
- De BRUG Curaçao & Nederland moet auditeren vergemakkelijken: met een digitaal auditie-systeem, een masterclass en samenwerking met buureilanden. Digitale ervaring in coronatijd komt hierbij van pas.
Maatschappelijke impact
Maaike: 'De subsidie geeft ons de mogelijkheid in plaats van kleine trajectjes te werken aan een groter geheel, zodat leerlingen weten: als ik dat wil, is daar een route voor. We kunnen ze ook eerder betrekken, niet pas vlak voor ze naar een vervolgopleiding gaan, maar bijvoorbeeld al in havo 3. Ook de jongeren die er uiteindelijk niet mee doorgaan, hebben in de rest van hun leven veel aan deze theaterervaring.
Bovendien hebben mensen die in het buitenland gestudeerd hebben, daarna vaak de behoefte terug te keren om hun kennis en ervaring te delen. Ondanks de sombere economische perspectieven lijkt het erop dat steeds meer theatermakers, docenten of acteurs met Caribische achtergrond ook die behoefte voelen en projecten komen uitvoeren, of workshops of lessen geven op Curaçao. Wij hopen dat onze theatertalenten uiteindelijk ook willen bijdragen aan talentontwikkeling op het eiland.'
"We hebben iets aangeboord waar duidelijk behoefte aan is. Onder leerlingen, maar ook onder de coaches en docenten."
Zo kan dit project een veel bredere maatschappelijke impact hebben dan alleen voor talenten en doorstromers. Ook de samenwerking die Drazans met buureilanden voor ogen heeft, kan het effect vergroten. Maaike legt uit hoe het netwerk zich uitbreidt: 'De HKU besteedt er aandacht aan in hun media-uitingen, en dat wordt weer opgepikt. Het verhaal begint rond te zoemen en we krijgen al veel positieve reacties. Scholen, waaronder andere kunstscholen, en coaches, ook uit andere disciplines, willen zich aan het project verbinden en dat werkt als katalysator.
Waar het voorheen bij één project bleef, bij één week, geeft deze subsidie ons de mogelijkheid meer maakprojecten voorafgaand aan de week te organiseren en het standaardtraject te verstevigen met al die extra verbindingen: op het eiland, met Nederland en mogelijk met buureilanden. We hebben nu de tijd om met iemand uit Aruba te onderzoeken of ze daar tegen dezelfde obstakels aanlopen en welke partners daar kunnen aansluiten. De subsidie is een boost om alles steviger op te zetten.'
Als verschillende partijen elkaar zoveel te bieden hebben, is het toch goed dat er bruggenbouwers zijn.