Er worden ontzettend mooie projecten uitgevoerd in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Elk werkbezoek raak ik weer geïnspireerd. Maar er liggen ook uitdagingen en kansen, waar we ook als Fonds nog in te leren hebben. Het belangrijkste inzicht dat ik meenam naar huis? Zichtbaarheid en verbinding zijn cruciaal.
Gezamenlijk platform
Het eerste werkbezoek samen met de andere rijkscultuurfondsen was in 2023. We kregen destijds een duidelijke boodschap: de rijkscultuurfondsen waren niet zichtbaar genoeg. Makers, organisaties en gemeenschappen wisten vaak niet wat we te bieden hebben. Dat moest anders. Daarom hebben we onlangs een gezamenlijk platform gelanceerd: www.rijkscultuurfondsen.org. Dit platform, beschikbaar in vier talen – Nederlands, Engels, Papiamento en Papiamentu – maakt inzichtelijk welke regelingen van de zes fondsen voor potentiële aanvragers in het Caribisch gebied extra interessant kunnen zijn.
Afgelopen november bezochten we Sint Maarten, Sint Eustatius, Saba, Curaçao, Bonaire en Aruba. Dit keer presenteerden we tijdens netwerkbijeenkomsten op ieder eiland het nieuwe platform en gingen we in gesprek met makers, organisaties en overheden om beter aan te sluiten bij hun behoeften. Het platform is een eerste stap, maar cruciaal om langdurige relaties op te bouwen en samen te werken aan duurzame culturele ontwikkeling.
Inspirerende ontmoetingen
Het werkbezoek bracht ons in contact met prachtige initiatieven. Op Curaçao bezochten we bijvoorbeeld Kaya Kaya, waar straat- en muurschilderingen en buurtfestivals de wijk Otrobanda nieuw leven hebben ingeblazen. Dit project laat zien hoe kunst en cultuur sociale cohesie en trots kunnen versterken. De energie en inzet van de gemeenschap maken duidelijk wat mogelijk is met gezamenlijke inspanning. Tegelijkertijd gebeurt veel werk (ook van professionals) nog op vrijwillige basis en is fair practice een belangrijk punt van aandacht.
Op Sint-Maarten maakten we kennis met het National Institute of the Arts (NIA). Hun jeugdorkest van 72 leden en focus op community-building zijn ronduit indrukwekkend. Het laat zien hoe cultuurbeoefening persoonlijke groei en gemeenschapszin stimuleert. Tijdens ons bezoek konden we ook enkele optredens bijwonen, wat ons liet zien hoe belangrijk cultuur is voor de jeugd.
Op Aruba bezochten we onder andere Cas di Cultura, een theater dat professioneel programmeert maar ook kinderen uit minder kansrijke wijken toegang biedt tot kunst en cultuur. Dat doen ze door met de groepen 6, 7 en 8 van vier basisscholen een theaterfestival genaamd Little Stars te organiseren. Andere scholen komen in het theater kijken naar het resultaat; tot nu toe hebben 6000 kinderen het festival bezocht. Cas di Cultura regelt dan ook het busvervoer.
Op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba wordt hard aan cultuureducatie gewerkt. Dankzij de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit voor het Caribisch deel Koninkrijk zijn culturele organisaties als penvoerder samen met andere aanbieders, basisscholen en cultuurcoaches aan de slag om binnen- en buitenschoolse cultuureducatie te verstevigen. Op Sint-Eustatius wordt gewerkt aan een bredere invulling van cultuureducatie, waarbij ook aandacht is voor met cultuur werken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Saba, met zijn kleine en hechte gemeenschap, zet cultuur onder andere in om ecologisch bewustzijn en trots op het immaterieel erfgoed te versterken. Dit alles laat zien hoe cultuur- en erfgoededucatie kunnen bijdragen aan zowel persoonlijke ontwikkeling als het versterken van de eigen culturele identiteit.
En als kers op de taart hebben we onze nieuwe meerjaren aanvragers kunnen bezoeken, namelijk Wintertuin op Curacao en Fundashion Plataforma Kultural op Bonaire.
Verleden en toekomst
Tegelijkertijd zagen we ook pijnpunten. De koloniale geschiedenis en het slavernijverleden hebben diepe sporen getrokken binnen de samenlevingen en gemeenschappen op de eilanden. Er is veel sociaaleconomische ongelijkheid, veel trauma maar ook heel veel kracht en wil om te bouwen, te helen en te transformeren. Daar spelen cultuureducatie, cultuurbeoefening en erfgoedparticipatie een belangrijke rol in.
Op praktisch vlak ontbreken ruimtes om te oefenen, op te treden, te presenteren of exposeren, of deze hebben dringend onderhoud nodig. Financiering hiervoor is heel moeilijk rond te krijgen. Ook spraken we tijdens speeddates mensen met plannen die zo individueel gericht zijn op het (weder)opbouwen van een business dat ze eerder microfinanciering behoeven.
Talentontwikkeling is een ander knelpunt. Instellingen zoals Instituto Buena Bista op Curaçao spelen hierin een grote rol, maar dergelijke plekken zijn schaars. De stap van amateur naar professional is daardoor lastig te maken. Dit beperkt niet alleen individuele groei van makers, maar ook de culturele diversiteit en toekomstige makerscommunity van de regio.
Samen verder
Deze reis liet wat mij betreft zien dat onze rol verder gaat dan subsidieregelingen openstellen. Het gaat om verbinden, luisteren en leren. De creativiteit, veerkracht en betrokkenheid van de gemeenschappen op de eilanden inspireren mij enorm; er is een heel grote creatieve potentie op de eilanden. Met de juiste middelen en samenwerking kan er nog veel meer tot bloei komen. Ik kijk ernaar uit om met collega’s en partners verder te werken aan deze missie. Samen kunnen we een sterke, diverse en toekomstbestendige cultuursector realiseren.
Ik wens iedereen een gezond, creatief en cultuurrijk 2025!